Gisteren schreef ik nog over mijn toekomst, varend in de kano de zon tegemoet. Maar daarna sloeg de twijfel toe. De wolken trokken voor de zon en het werd donker. Het is donker, erg donker, gitzwart.
De monsters hebben alle ruimte. Schreeuwend dat ik me niets voor moet stellen. Dat ik nooit echte liefde zal vinden. Dat ik echt niets toe te voegen heb.
Mijn lijf doet letterlijk overal pijn. De klem die ik voel op mijn keel. Ik ben misselijk en mijn lijf voelt letterlijk zwaar. Er zit geen enkele vorm van lucht in mijn hoofd. Helder denken lukt me nu ook niet meer.

Ik heb mezelf opgesloten in mijn huis, worstelend met mijn gedachtes en gevoelens. Ik wil niemand om me heen. En ja, ik realiseer me dat ik daarmee mezelf ruimte geef, maar ook steeds dieper zak.
Ach, laat ook maar…..
Jose
Eén opmerking over 'Terug in het dal'